Verkoeling voor katten: 5 tips tegen de hitte

Veel katten vinden het heerlijk om op het dak van een auto of op het balkon in de zon te liggen. Op bijzonder zomerse dagen en bij grote hitte kan dit zelfs voor katten te veel van het goede zijn. Dat kan leiden tot verbranding of zelfs een zonnesteek. Hier vind je vijf tips waarmee je katten bij hitte verkoeling kunt bieden en ze kunt beschermen tegen verbranding.

Zomer met je kat: de juiste zonnebrandcrème

Iets wat veel mensen misschien nog niet wisten: ook katten kunnen in de zomer verbranden! Dat naakte katten, zoals een Sfinx, daaraan kunnen lijden, is natuurlijk logisch. Maar waarom kan een kat met vacht hier ook last van krijgen? Op de neusrug, rond de oren en op de buik hebben katten een minder dikke vacht dan op de rest van het lichaam. Op deze plekken kan een te sterke straling tot ontstekingen van de huid leiden. Met name katten met een lichte vacht en kortharige katten lopen een bijzonder hoog risico op verbranding.

De eerste symptomen van verbranding zijn rode plekken op de huid, een verlaagde pijngrens en heftige jeuk. In ernstige gevallen kunnen ook misselijkheid en pijnlijke wonden met blaarvorming optreden.

Bescherm je kat tegen verbranding door de kwetsbare plekken in te smeren met zonnebrand met een hoge factor. Bij de keuze van een geschikte zonnebrandcrème moet je er wel op letten, dat het geen irriterende inhoudsstoffen (zoals parfums of allergenen) bevat.

Veel fris drinkwater

Op hete zomerdagen hebben katten meer vers drinkwater nodig. Als je kat te weinig drinkt, ontstaat het risico op uitdroging. Om je kat bij hitte aan te sporen om meer te drinken, kun je de onderstaande tips gebruiken.

• Zet meerdere drinkbakjes of drinkfonteinen in de woning.
• Verschoon het water iedere dag.
• Waterreservoirs in de tuin sporen veel buitenkatten tot drinken buitenshuis aan.
• Iedere kat wordt blij van ongezouten kippen- of runderbouillon.
• Vervang droogvoer door natvoer met een hoog vochtigheidsgehalte.

Biedt je kat schaduwplekken voor verkoeling bij hitte

Tijdens de zomermaanden warmen donkere vloeren en geasfalteerde wegen snel op. Katten kunnen ze daardoor nauwelijks betreden. Om de vloer koel te houden, kun je bijvoorbeeld een lichtgekleurde of bevochtigde deken neerleggen. Daarnaast zijn ook koelmatten geschikt om af te koelen, net als een schaduwrijke plek onder een zonnescherm.

Als je een binnenkat hebt kun je bovendien ‘s ochtends vroeg of ‘s nachts de ramen openen en de woning flink ventileren. Het wordt aangeraden om de ramen overdag dicht te houden en te verduisteren met gordijnen en eventueel rolluiken. Zo blijft de kamertemperatuur ook op hete zomerdagen aangenaam voor zowel jou als jouw kat.

Verkoeling met water

Katten en water is niet altijd de beste combinatie. Gedurende zomerse hittegolven kan dit echter snel veranderen. Bij grote hitte moet je je kat daarom meerdere mogelijkheden om af te koelen kunnen bieden.

Buitenkatten kun je verblijden met bijvoorbeeld een verfrissend badje of met sproeiers. Een echte binnenkat daarentegen kun je bij hoge temperaturen een koel bad of een vochtige handdoek bieden.

Voor smakelijke verkoeling kun je bovendien ijsblokjes gebruiken. Om het interessanter voor jouw kat te maken kun je een snoepje in het ijsblokje laten bevriezen.

Bescherm je kat in de zomer tegen parasieten

Teken en mijten zijn gek op de zomer en de hoge temperaturen. Ze komen dan ook in grote getale in grassen en bomen voor. Deze parasieten kunnen gevaarlijke infectieziektes op katten overdragen. Het is daarom belangrijk om buitenkatten met behulp van een effectief middel al in het voorgaande voorjaar te beschermen.

Afhankelijk van de effectiviteit en duur kun je uit verschillende opties kiezen:

• Halsbanden, waardoor minder teken bijten. Ze werken in de regel meerdere maanden.
• Spot-ons die in de nek van de kat worden gedruppeld, zodat het middel over de vacht wordt verspreid.
• Tabletten die oraal worden gegeven, waardoor de parasieten na een beet sterven.

Informatie over de inhoudsstoffen, dosering en mogelijke bijwerkingen kun je opvragen bij je dierenarts.