Niet alleen wie van het oude Egypte houdt is gefascineerd door deze indrukwekkende viervoeter: de Faraohond maakt indruk met zijn elegante uiterlijk en vriendelijke aard, maar is alleen geschikt voor ervaren hondenliefhebbers, die hem echt veel beweging kunnen geven.
De Faraohond is een elegant, atletisch ras uit Malta, waarvan het uiterlijk doet denken aan oude Egyptische afbeeldingen en dat zich kenmerkt door een kortharige, glanzende, roestbruine vacht.
De naam van de Faraohond heeft hij te danken aan zijn opvallende silhouet, omdat zijn uiterlijk doet denken aan de afbeeldingen van de Egyptische god Anubis. Met hem heeft hij de grote staande oren, de lange nek en de slanke, windhondachtige lichaamsbouw gemeen. Reuen bereiken een schofthoogte tot 63 cm, teven tot 61 cm.
De korte vacht is roestbruin en glanzend – witte markeringen zijn volgens de rasstandaard toegestaan op bepaalde delen van het lichaam (tenen, bles, borst), terwijl een witte punt aan de staart uitdrukkelijk gewenst is. De Faraohond heeft geen zwarte huidpigmenten, waardoor de neus, de oogleden en de binnenkant van de oren vleeskleurig zijn. De lange staart reikt tot onder zijn enkel.
Geschiedenis: eeuwenlang als jachtmetgezel
Een van de theorieën over de herkomst van de Faraohond is dat zijn voorouders al in de Oudheid door de Feniciërs naar Malta zijn gebracht, waar zij al eeuwenlang als jachthond voor de mens werken. Hij zou dan afstammen van de Tesem-honden uit de Oudheid, waarvan het uiterlijk aan de afbeeldingen van de Egyptische god Anubis herinnert. Skeletvondsten van zulke honden in Egypte zijn zo’n 5000 jaar oud en getuigen van een bijzonder lange geschiedenis. Deze theorie is echter niet bewezen: tegenstanders spreken ertegen met onder andere het feit dat de aanwezigheid van dit soort honden op Malta pas vanaf de Middeleeuwen kan worden bewezen.
Tegenwoordig wordt waarschijnlijker geacht dat de Faraohond, net zoals verschillende Podencorassen, uit de Pariahonden van de betreffende regio’s is ontstaan. Dit zou dan ook van toepassing zijn op de Cirneco dell’ Etna, een van het naburige eiland Sicilië afkomstig ras, dat sprekend op de Faraohond lijkt. Eigenlijk is het verschil in afmetingen het enige verschil tussen de twee rassen. Aanhangers van deze theorie gaan uit van een parallel verlopende ontwikkeling van het hondentype vanwege vergelijkbare omgevingsomstandigheden.
Vast staat dat de Faraohond al eeuwenlang door de mensen op Malta als jachthond is en nog steeds wordt gebruikt. Want hij is een veelzijdige jager is, die voornamelijk op zicht jaagt. Daarbij kan het er luidruchtig aan toe gaan: door het kenmerkende blaffen laat een Faraohond zijn soortgenoten weten dat er een prooidier is. Daarnaast jaagt hij met een “zachte bek”, wat betekent dat hij de prooi levend naar de menselijke jager kan brengen. De FCI beschrijft de Faraohond dan wel als een hond van Maltese herkomst, het beschermheerschap van het ras echter heeft Groot-Brittannië. Hier worden de Faraohonden sinds de jaren 1960 specifiek gefokt. De British Kennel Club erkent het ras sinds 1974.
“Farao Dog” of “Kelb tal-Fenek”?
De naam “Faraohond” is niet altijd eenduidig. Dit komt doordat alle honden van het Podencotype tot 1977 doorgaans “Faraohond” werden genoemd. In dat jaar erkende de FCI het ras uit Malta, wat ertoe leidde dat alleen dit ras “Faraohond” wordt genoemd. Althans in theorie. Maar op Malta zelf was het ras vóór de interesse van de Britse hondenfokkers in deze elegante viervoeters uitsluitend onder de naam Kelb tal-Fenek bekend – en dat is nu nog steeds zo. De naam kan ruwweg worden vertaald als “hond van het konijntje” en verwijst al naar het beoogde gebruik, de konijnenjacht. Vooral op Malta voeren steeds meer vrienden van dit ras campagne om het weer zijn oorspronkelijke naam “Kelb tal-Fenek” te geven.
Deze intelligente en levendige honden hebben een uitgesproken jachtinstinct, maar zijn meestal rustig in huis en ontwikkelen een zeer hechte, vertrouwelijke band met hun gezin.
Karakter van de Faraohond: aanhankelijke jager
Ondanks zijn trotse uiterlijk kan de Faraohond zeer aanhankelijk zijn, maar de jacht zit deze jager toch altijd in het bloed. Daardoor kun je deze hond eigenlijk niet los laten lopen, wat weer tot gevolg heeft dat veel Faraohonden die als gezelschapshond worden gehouden, niet genoeg activiteiten hebben en vervelend worden. Als de Faraohond zijn energie echter goed kwijt kan, is het een rustige en charmante viervoeter, die graag met zijn mensen speelt en knuffelt. Hij zal echter altijd een zekere mate van onafhankelijkheid houden. Tegenover vreemden is hij alert en tamelijk afstandelijk. Het ras gaat meestal uitstekend om met soortgenoten en kan goed in een roedel worden gehouden. Let op: sommige Faraohonden blaffen erg veel en blaffen niet alleen bij iets ongewoons, maar ook om uiting te geven aan allerlei emoties.
Opvoeding van gevoelige jagers
Voor de Faraohond is een empathische en consequente opvoeding de sleutel tot succes. Empathie omdat dit ras altijd een beetje eigenwijs zal blijven – dit moet ook bij de gehoorzaamheidstraining worden gerespecteerd. Er is wat ervaring met honden nodig om de fijne lijn tussen strengheid en tolerantie te vinden die past bij het bijzondere karakter van de Faraohond. Als je te hard bent, zal deze trotse viervoeter in zijn schulp kruipen en de opvoeding geen succes hebben. Als je niet consequent en duidelijk bent in je regels, zal hij al na een paar weken de baas in huis zijn.
Zelfs met veel kennis van honden en veel optimisme kun je er niet vanuit gaan dat elke hond altijd kan worden teruggeroepen – Faraohonden zijn en blijven nu eenmaal hartstochtelijke jagers. Toch moet je het terugroepen al meteen op de puppyleeftijd trainen. Ook het veelvuldige blaffen moet in goede banen worden geleid. Onthoud altijd: alleen een voldoende uitgedaagde Faraohond voldoet aan de voorwaarden om gehoorzaam te zijn. Ook voor dit sociale ras zijn puppyspeelgroepen en daarna het bezoek aan een hondenschool, bij voorkeur met ervaring met jachthonden, een goede aanvulling op het opvoedingsprogramma bij je thuis.
Gezondheid van de Faraohond
Als je een Faraohond koopt van een verantwoordelijke fokker, heb je hoogstwaarschijnlijk een hond die vrij is van genetisch overgebrachte ziekten. In principe geldt de Faraohond als een robuust ras, genetisch overgebrachte ziekten zijn niet bekend. Serieuze fokkers laten de ouderdieren vóór de fok uit voorzorg onderzoeken op gezonde heupen, knieën en ogen en zullen je graag de betreffende onderzoeksresultaten laten zien. Een verantwoordelijke fokker, die met een bewijs van afstamming fokt, minimaliseert met zijn knowhow ook het gevaar van een hoog inteeltquotiënt, omdat de genenpoel van dit zeldzame ras vrij klein is. Dit ras kan een overgevoelig zijn voor bepaalde narcosemiddelen – bespreek dit vóór een eventuele operatie met je dierenarts. Bovendien is de farao vanwege zijn herkomst uit warme langen vrij gevoelig voor kou – vooral aan de oren. Gezonde Faraohonden kunnen 12 tot 14 jaar oud worden.
Voeding van de Faraohond: haalt alles uit zijn voer
De Faraohond haalt alles uit zijn voer. In verhouding tot zijn activiteit heeft hij geen bijzonder energierijk voer nodig, maar heeft vaak wel een bovengemiddelde eetlust. Zorg voor een evenwichtige eiwitbron, geef bij voorkeur voer met een hoog vleesgehalte. Als vlees als eerste wordt genoemd in de samenstelling is dat het geval – dit geldt zowel voor nat- als voor droogvoer. Hoogwaardig hondenvoer zou echter geen graan mogen bevatten. Door de korte vacht kun je snel zien of je sportieve viervoeter te veel vet op de ribben heeft. Reageer hier bijtijds op door kleinere porties te geven of voor meer beweging te zorgen. Een speciaal dieetvoer is meestal niet nodig.
Het is van essentieel belang dat je hond na de maaltijd rust krijgt, om een gevaarlijke maagrotatie te voorkomen. Je kunt hem zijn voer het best alleen na het uitlaten, een wandeling of sportieve activiteiten geven.
Let ook op bij het geven van snoepjes: deze moeten bij de dagelijkse calorieën worden geteld. Geef altijd gezonde suikervrije lekkernijen, zoals snacks voor gebitsverzorging of gedroogde stukjes vlees voor honden. Je kunt je hond ook belonen door hem te aaien of een spelletje met hem te doen. Droge kauwsnacks voor honden stimuleren de natuurlijke kauwbehoefte van je Faraohond. Zorg dat hij altijd voldoende vers drinkwater heeft.
De gemakkelijk te verzorgen Faraohond
De korte vacht van de Faraohond is gemakkelijk te verzorgen. Af en toe borstelen met een massagehandschoen voor honden verwijdert los haar en versterkt de band tussen jou en je hond. Vuil kun je doorgaans uitborstelen als het droog is. Anders maak je een washandje vochtig en veeg je je maatje met water schoon. Controleer de oren regelmatig op vuil en gebruik zo nodig een geschikte oorreiniger voor honden aan. Ook de nagels moet je van tijd tot tijd goed bekijken: als deze te lang worden, kun je je hond met de nageltang een pedicurebehandeling geven. Dit voorkomt dat de nagels ergens achter blijven haken en verwondingen.
Lichaamsbeweging en mentale uitdagingen
Deze viervoeter loopt niet alleen graag, hij heeft de beweging nodig! Die moet je hem dus veel geven. Buiten zijn al zijn zintuigen actief – er zou nou eenmaal een lekker prooidier op zijn pad kunnen komen. Zijn uitgesproken jachtinstinct betekent dat hij meestal niet goed kan worden teruggeroepen – je moet nadenken over alternatieven voor alleen maar uitlaten van de hond. Windhondenrennen, met name het zogenoemde coursing, is een ideale sport voor dit ras. Hier kan hij echt stoom afblazen. Anders kan hij je – aan de riem – vergezellen tijdens het joggen.
Uiteraard is intensieve hondensport alleen mogelijk na een aangepaste en langzaam opgevoerde training en alleen met een volwassen hond. Agility en spelletjes die zijn jachtinstinct stimuleren vindt de Faraohond ook leuk. Let er bij alle activiteiten altijd op dat je Faraohond samen met jou van rustmomenten kan genieten, om te voorkomen dat hij in een permanent “opgewonden” metgezel verandert.
Past een Faraohond bij mij?
Al bij de eerste blik op deze dynamische hond weten de meeste hondenliefhebbers: de sportieve Faraohonden passen alleen bij sportieve mensen. Idealiter hebben deze mensen ook een groot en veilig – onderschat het springvermogen van deze hond niet – omheind terrein, waar de viervoeter kan ravotten. Liefst ook in een roedel, wat het nog gemakkelijker maakt om de Faraohond met stoeien en spelen uit te dagen. Maar dit zijn alleen welkome aanvullingen op de dagelijkse tijd die je met hem buiten bent of mentaal uitdaagt, uitlaten alleen is dus niet genoeg.
De Faraohond speelt graag met kinderen en kan een geweldig speelkameraad voor ze zijn, maar het is beter als deze menselijke nakomelingen van schoolgaande leeftijd zijn. Er kunnen beter geen katten, konijnen of andere mogelijke “prooidieren” in het gezin leven – zelfs als ze worden beschermd zou de aanwezigheid van een natuurlijke vijand voor deze dieren permanente stress betekenen. Theoretisch zou het houden in een appartement op de begane grond met een omheinde tuin mogelijk zijn, maar het vele blaffen van de Faraohond maakt harmonieus leven in een huis met meerdere appartementen vaak onmogelijk. Beginners zouden voorlopig niet moeten nadenken over het nemen van een Faraohond, omdat de opvoeding ervan de nodige kennis vereist – de potentiële baasjes hebben het liefst al ervaring met jachthonden.
Waar vind ik mijn Faraohond?
Het ras is niet wijdverbreid, maar in Europa kun je na wat onderzoek beslist een fokker van Faraohonden vinden. Het kan echter wel zo zijn dat je daarvoor buiten de landsgrenzen moet zoeken. Verzamel vooraf informatie over de verschillende podencorassen, die voor wat betreft uiterlijk en karakter vergelijkbaar zijn. Op Malta zelf worden de Faraohonden overigens nog steeds als jachthonden gehouden.
Als je een volwassen Faraohond in huis wilt nemen, zou het asiel je eerste stop moeten zijn. De waarschijnlijkheid dat je hier een raszuivere Faraohond zult aantreffen is weliswaar klein, maar toch is dat mogelijk als je op internet zoekt. Maar er zijn ook veel honden uit zuidelijke landen die er qua karakter en uiterlijk veel op lijken en die ook heel erg graag een nieuw en fijn thuis willen.
Denk echter vooraf goed na over de hoge eisen van dit hondentype, dat je leven letterlijk in beweging zal brengen. Veel dieren zijn in het asiel beland omdat de vorige eigenaars ze niet aan konden. Koop zo’n veel en graag lopende viervoeter nooit uit medelijden, voordat je weet wat zijn voorgeschiedenis is en wat hij nodig heeft. In het ergste geval wordt de hond anders een speelbal van verschillende eigenaars die hun leefsituatie niet realistisch hebben afgestemd op wat de hond nodig heeft. Bij het adopteren van een hond uit het buitenland moet je beslist ook informatie inwinnen over te nemen gezondheidsmaatregelen, vooral voor wat betreft de ziekte Leishmaniasis.
We wensen je heel veel plezier met je sportieve Faraohond!
Een Pinscher in kleinformaat? Vergis je niet! De Dwergpinscher is een ‘echt mannetje’. Wie op zoek is naar een leuk en gezellig schoothondje is bij de Dwergpinscher aan het verkeerde adres. Ondanks zijn grootte heeft de levendige familiehond een enorme drang naar sport en beweging en houdt zijn baasjes flink in beweging.
Soeverein en gelaten – zo komt een evenwichtige Cane Corso Italiano over. Officieus is het uit Zuid-Italië afkomstige ras ook bekend onder de naam "Italiaanse Mastiff" of “Italiaanse Molosser”. Buiten Italië wordt het ras steeds bekender. Het ras is vooral geschikt voor sportieve baasjes met veel plaats en hondenervaring.
De pluizige vacht en de grootte maken van de Shiba Inu in eerste instantie een aantrekkelijke metgezel voor veel hondenliefhebbers. Maar het samenleven met de Japanse hond vereist kennis over hondenopvoeding. Je moet het ook leuk vinden om samen met je hond te bewegen.