De samojeed met zijn prachtige vacht en lachende uitstraling komt uit Siberië, waar hij leefde met het gelijknamige volk van de Samojeden. Hij hielp als jachthond, sledehond, herdershond, waakhond of "bedwarmer" en had een heel hechte band met zijn mensen. Deze hechte band heeft de levendige en vriendelijke hond nog steeds nodig.
Uiterlijk: De samojeed heeft altijd een glimlach op zijn lippen
Je herkent de samojeed meteen aan zijn typische “glimlach”. Die ontstaat door de schuine stand van de ogen en de licht omhoog wijzende lippenhoeken.
Een ander kenmerk dat deze sledehond bij veel mensen zo geliefd maakt, is zijn weelderige, witte vacht. Bij hals en schouders vormt die, vooral bij reuen, een soort manen en aan de achterkant van de dijen de zogenaamde “broek”.
De hoog aangezette staart is een ware pluim. In rust reikt hij tot aan de spronggewrichten. Meestal draagt deze rashond hem echter over de rug of naar de zijkant gebogen.
De omhoog gebogen lippen van de samojeed wekken de indruk dat de hond glimlacht.
Vacht van de samojeed: een ideale beschermlaag in het poolklimaat
Op de kop en aan de voorkant van de poten is het haar eerder kort en glad en steekt het af achter de kleine, rechtopstaande driehoekige oren. De vacht van de samojeed is langer dan die van andere sledehonden zoals de Husky.
Het lange, harde en gladde dekhaar en de korte, zachte onderwol boden het ras perfecte bescherming in het koude poolklimaat van zijn thuisland. Met zijn weelderige, dikke “mantel” is de samojeed het liefst in de frisse buitenlucht.
Toch weet het ras zich verbazingwekkend goed aan te passen. Niettemin moet je je samojeed in de zomer voldoende schaduwplekken bieden.
Kleur, grootte en gewicht van de samojeed
Oorspronkelijk kwam de samojeed voor in een bruine of zwarte vachtkleur. De huidige rassestandaard staat echter alleen nog maar een zuiver witte vacht toe, die maximaal wit-beige met enkele biscuitkleurige aftekeningen of crèmekleurig getint mag zijn.
Met een schofthoogte van 57 centimeter voor reuen en 53 centimeter voor teven behoren deze witte poolhonden tot de middelgrote rassen. Afhankelijk van de lichaamsgrootte moet het gewicht tussen de 20 en 30 kilogram liggen.
Samojeed of grote spits?
Op het eerste gezicht kun je de samojeed verwarren met de witte grote spits. De spits is echter kleiner en niet zo massief. Ook in hun herkomst en karakter zijn er veel verschillen.
Karakter van de samojeed: Gezellige kameraad met zelfvertrouwen
Voor het volk van de Samojeden waren de mooie honden van het spits-type veel meer dan alleen werkhonden – ze waren volwaardige familieleden.
Dat verklaart hun mensgerichte aard, hun open karakter en hun aanhankelijke houding. Daarnaast staan samojeden bekend als zeer intelligent, zacht en vriendelijk.
Is de samojeed moeilijk op te voeden?
Ondanks zijn hechte band met zijn familie heeft deze intelligente viervoeter ook een trotse en zelfbewuste kant en gaat hij graag zijn eigen weg – vooral wanneer het nut van een oefening hem niet duidelijk is.
Blind gehoorzaam en onderdanig zal hij nooit worden. Dat maakt dat sommige mensen hem eigenzinnig, koppig of moeilijk te voeden vinden. Maar met fijngevoeligheid, een liefdevolle maar consequente aanpak en positieve motivatieprikkels is hij zeker bereid zijn baas te volgen.
Zelfs zijn lichte jachtinstinct, dat bij de samojeed in tegenstelling tot wat de rassestandaard verlangt af en toe nog te zien is, laat zich met de juiste opvoeding goed beheersen.
Houden en activiteit: veel beweging gewenst
Ook al brengt weinig de samojeed van zijn stuk, hij heeft een levendig temperament en een uitgesproken behoefte aan beweging en bezigheid. Dat maakt hem tot een ideale partner voor sportief actieve mensen die samen met hun hond iets willen beleven.
Is de samojeed een gezinshond?
Dankzij zijn vrolijke en zachte aard is de samojeed een goede speelkameraad voor kinderen, van wie hij bijzonder veel houdt. Schuwheid of agressie kent de vriendelijke samojeed helemaal niet. Dat maakt hem tot een ideale gezinshond.
Is de samojeed een blaffer?
Nee, daarom is hij als waakhond ook maar beperkt geschikt – hij slaat wel blaffend aan wanneer iemand zijn territorium betreedt, maar doet dit doorgaans alleen om de bezoeker vervolgens nieuwsgierig en kwispelend te begroeten.
Beter buiten dan in een woning houden
De samojeed houdt van menselijk gezelschap en zoekt steeds opnieuw de nabijheid van zijn familie – een verblijf in een kennel zou zijn gevoelige ziel doen verwelken.
Als noordelijke werkhond is hij graag buiten – of het nu regent, stormt of sneeuwt. Een eigen tuin waarin hij zich, naast gezamenlijke lange wandelingen, af en toe kan uitleven, is aan te raden.
De samojeed kan ook in een woning worden gehouden. In dat geval vraagt het echter wel wat inzet en weersbestendigheid van de baas: Want hoe kleiner de woning, des te groter en intensiever moeten de gezamenlijke uitlaatrondjes in de frisse buitenlucht zijn.
Zo houd je de poolhond bezig
Voor deze Siberische natuurkracht is een opleiding tot reddingshond of hondensport geschikt, zoals agility of trekhondensport.
Naast het dagelijkse programma van beweging en bezigheid moet je ook gezamenlijke rusttijd inplannen. De sociale en aanhankelijke samojeed heeft niet alleen actie nodig, maar ook aandacht van zijn baas.
Als hij lichamelijk en mentaal voldoende uitdaging krijgt, zal hij zich thuis evenwichtig, rustig en zachtmoedig tonen en volop genieten van de gezamenlijke uurtjes op de bank met zijn gezin. Daarom is hij natuurlijk nog lang geen hond voor onervaren bankzitters.
De vacht van de samojeed houdt de hond ook in de winter behaaglijk warm.
Verzorging en voeding: Wat heeft een samojeed nodig?
Met de juiste verzorging ondersteun je de vachtkwaliteit van je samojeed. Hierbij geldt het motto: ‘Less is more!’ Hondenshampoo en zeep tasten het natuurlijke en zeer belangrijke wolvet van de huid aan en moeten alleen in noodgevallen – bij sterk vervuilde vacht – worden gebruikt.
Meestal is het voldoende om je hond één tot twee keer per week te borstelen met een hondenborstel, want de vacht reinigt zich grotendeels zelf. Alleen tijdens de rui neemt de verzorgingsbehoefte toe tot dagelijks borstelen.
In deze periode verliest de samojeed plukken haar, die je ofwel met de kam verwijdert, of later met de stofzuiger van tapijten en de bank moet opzuigen.
Wat hoort verder nog bij het verzorgingsprogramma?
Uiterlijk wanneer de nagels op het parket tikken, moeten de nagels worden geknipt. Met wat oefening lukt dit thuis, anders kun je je dierenarts om hulp vragen.
Controleer regelmatig de oren van je hond en maak ze ongeveer één keer per week schoon. Rode oren of andere veranderingen kunnen op een infectie wijzen.
Wat eet een samojeed?
Naast de uiterlijke verzorging speelt een uitgebalanceerde voeding met passend hondenvoer een beslissende rol voor het welzijn van je samojeed. In principe moet de samojeed veel (vers) vlees of vis krijgen, aangevuld met groenten. Granen horen niet op het menu van een carnivoor en moeten alleen in kleine hoeveelheden worden gegeven.
Zeker bij de aankoop van kant-en-klaar voer moet je goed op de ingrediënten letten. Je dierenarts of fokker helpt je graag bij vragen over voeding.
Gezondheid: Zijn samojeden gevoelig voor ziekten?
Strenge foktoelatingen en uitgebreide gezondheidscontroles zorgen ervoor dat de verspreiding van rastypische aandoeningen bij rashonden zoals de samojeed wordt gecontroleerd en gestopt. Toch kunnen ook bij dit ras specifieke erfelijke aandoeningen voorkomen, zoals:
De samojeed werd oorspronkelijk gehouden door de Nenetsen, een inheems volk in het Noorden van Rusland, dat tot de Samojeedse volkeren behoort. Al eeuwenlang waardeerden de nomaden hun honden als veelzijdige en uiterst waardevolle werkdieren in het ruige klimaat van Siberië.
De honden hoedden de kuddes rendieren, verdedigden deze moedig tegen wolven en beren, hielpen bij de jacht en trokken de sledes. ’s Nachts nestelden hun mensen zich tegen hun warme vacht aan en genoten ze in de koude nachten van de behaaglijke warmte van de honden.
Expeditiegenoten naar de Noord- en Zuidpool
In Europa werden de honden uit het noorden voor het eerst bekend dankzij de Britse zoöloog Ernest Kilburn Scott, die in 1889 na een drie maanden durend verblijf bij de Samojedenstammen de eerste exemplaren naar Engeland bracht.
Ook in de verslagen van de Noorse onderzoeker Fridtjof Nansen over zijn mislukte Noordpoolexpeditie in 1894 worden de volhardende en sobere sledehonden positief genoemd.
Daarop gebruikten Europese en Amerikaanse wetenschappers de honden steeds opnieuw als metgezellen voor expedities in het poolgebied. In 1911 bereikten samojeden samen met Roald Amundsen als eerste door de mens gebruikte dieren de Zuidpool.
Van sledehond tot gezinshond
De eerste rasstandaard werd in 1909 in Engeland opgesteld. Ongeveer in dezelfde periode kwamen de eerste exemplaren in Amerika terecht. In 1913 werden de samojeden officieel als hondenras erkend. In de Verenigde Staten werd begin jaren 1920 met de ‘Samoyed Club of America’ de eerste rasvereniging opgericht.
Intensief gefokt en populair werden de honden echter pas in de naoorlogse jaren, vanaf de jaren 50. Tegenwoordig vind je naast fokkers in de Verenigde Staten en Engeland ook fokkers in Duitsland, Nederland, Noorwegen, Zweden, Denemarken, Finland, Ierland, Italië, Spanje en zelfs in Australië en Nieuw-Zeeland.
Tegenwoordig worden de noordelijke spitsen vooral gefokt als huis- en gezinshonden en als tentoonstellingshonden. Als sledehonden bij sledehondenrennen worden ze eerder zelden ingezet en hebben ze plaatsgemaakt voor snellere en sterkere husky’s of malamutes.
Fok en aanschaf van een samojeed
Ben je geïnteresseerd in een samojeed? Denk er dan aan dat dit ras nog altijd een uitgesproken behoefte aan beweging en bezigheid heeft. Als oorspronkelijke werkhonden hebben samojeden veel beweging in de buitenlucht nodig en een zinvolle taak die hen zowel lichamelijk als mentaal uitdaagt.
Als je je nieuwe hond dat allemaal kunt bieden, kun je op zoek gaan naar een samojeed-fokker. Of je kijkt rond bij het plaatselijke asiel.
Welke criteria moet een fokker vervullen?
Een fokker is het beste aanspreekpunt voor de aanschaf van een samojeed. Belangrijk is dat je de fokker bij wie je een samojeed wilt kopen zorgvuldig kiest. Met onze checklist met vragen aan de hondenfokker kun je zien of je te maken hebt met een betrouwbare hondenliefhebber.
Conclusie: Vriendelijke gezinshonden met een prachtige vacht
De samojeed is het gelukkigst wanneer je hem een nauwe band met het gezin, veel contact met andere honden en mensen en voldoende bezigheid kunt bieden. Is de hond gelukkig, dan zal hij je dag na dag zijn mooiste glimlach schenken en je trouw door het dagelijks leven begeleiden.
Profiel van de samojeed
Bijzonderheden:
De samojeed stamt af van de honden van de inheemse volkeren van Siberië. Als werk- en sledehonden hebben zijn voorouders daar rendieren gehoed, wolven verjaagd en lasten getrokken. Zijn dichte, dubbele vacht beschermt hem tegen arctische temperaturen.
Karakter:
aanhankelijk, mensgericht, sociaal, levendig
Schofthoogte:
Reu: 54-60 cm Teef: 50-56 cm
Gewicht:
Reu: 20-30 kg Teef: 17-25 kg
Vacht:
dicht, weelderig, lang dekhaar met onderwol, in de kleuren wit, biscuit of crème
groep 5: Spitsen en oerhonden
Sectie 1: Noordse sledehonden
Herkomst:
Rusland (Siberië)
Sabrina Schaub
Dieren hebben al zolang als ik me kan herinneren een rol in mijn leven gespeeld: er is nauwelijks een kinderfoto van zonder een parkiet op mijn hoofd of een kat op mijn schoot. Al meer dan tien jaar schrijf ik al voor over verschillende onderwerpen zoals zorgverzekeringen en kattenverzorging. Mijn kat Mimi is altijd bij me in de buurt. Ze is de beste inspiratiebron voor veel teksten en weet wanneer het tijd is voor een schrijfpauze.
Een Pinscher in kleinformaat? Vergis je niet! De Dwergpinscher is een ‘echt mannetje’. Wie op zoek is naar een leuk en gezellig schoothondje is bij de Dwergpinscher aan het verkeerde adres. Ondanks zijn grootte heeft de levendige familiehond een enorme drang naar sport en beweging en houdt zijn baasjes flink in beweging.
Soeverein en gelaten – zo komt een evenwichtige Cane Corso Italiano over. Officieus is het uit Zuid-Italië afkomstige ras ook bekend onder de naam "Italiaanse Mastiff" of “Italiaanse Molosser”. Buiten Italië wordt het ras steeds bekender. Het ras is vooral geschikt voor sportieve baasjes met veel plaats en hondenervaring.
De pluizige vacht en de grootte maken van de Shiba Inu in eerste instantie een aantrekkelijke metgezel voor veel hondenliefhebbers. Maar het samenleven met de Japanse hond vereist kennis over hondenopvoeding. Je moet het ook leuk vinden om samen met je hond te bewegen.